-
KNGF-standaard, beweeginterventie kwetsbare ouderen. Conclusies op basis van het literatuuronderzoek
-
Componenten van het beweegprogramma
• Spierkracht
• Uithoudingsvermogen (wanneer specifiek getraind)
• Balans
• Gewrichtsmobiliteit
• Functionele mobiliteit (o.a. loopsnelheid)
• ADL-vaardigheden (wanneer specifiek getraind)
- Duur van het beweegprogramma afhankelijk van specifieke componenten en mate van kwetsbaarheid:
• Hoe kwetsbaarder, hoe langer de opbouw naar een hogere trainingsintensiteit
• Kortere programma’s hebben al effect op spierkracht, uithoudingsvermogen en ADL-activiteit
• Langere programma’s lijken geïndiceerd bij balanstraining en verbeteren van kwaliteit van leven
- Frequentie: De meest voorkomende aanbeveling is twee of drie keer per week trainen met een duur van 30 tot 60 minuten per keer
- Intensiteit
• Progressieve weerstandstraining opbouwend in intensiteit van 40 naar 80% van 1 RM (dit vereist een zorgvuldige
individuele opbouw)
• Aerobe training op basis van inspanningsfysiologische trainingsprincipes (80% van HRR, of BORG tussen 12-16)
• Progressieve moeilijkheidsgraad van balans- en ADLoefeningen
- Algemeen
• Programma individualiseren
• Specifiek trainen en meten
• Controle op behalen van de trainingsintensiteit
- Inclusiecriteria
• De noodzakelijke medische gegevens zijn beschikbaar.a
• De cliënt is gemotiveerd voor een actieve leefstijl.
• De cliënt voldoet aan de kenmerken van een kwetsbare oudere.
• De cliënt is niet zelfstandig in staat een actieve leefstijl te initiëren en te handhaven.
- Exclusiecriteria
• De huisarts raadt op basis van de medische achtergrond af om de cliënt te laten deelnemen aan een trainingsprogramma.
• Er is sprake van een virale infectie of koorts, open wonden, ulcera of algehele malaise.
• Er is sprake van comorbiditeit die deelname aan het beweegprogramma onmogelijk maakt
-
Filmpje: Zonmw, Betere zorg en ondersteuning voor kwetsbare ouderen
-
Congres, 28 november 2014 in de ReeHorst te Ede: Krachtige zorg voor kwetsbare ouderen. Zie interview met dr. Jita Hoogerduijn, senior onderzoeker chronisch zieken aan de Hogeschool Utrecht
-
Minerva,Tijdschrift voor Evidence Based Medicine: Vermindert een multicomponente interventie cognitieve achteruitgang bij ouderen? (2015).
-
Klinische vraag: Wat is bij ouderen met verhoogd risico op dementie het effect na 2 jaar van een multicomponente interventie rond voeding, beweging, cognitieve training en monitoring van vasculaire risicofactoren op cognitieve achteruitgang in vergelijking met alleen algemeen gezondheidsadvies?
-
Besluit: De auteurs besluiten dat de resultaten van deze grote, langetermijn-RCT suggereren dat een multicomponente interventie het cognitieve functioneren kan verbeteren of in stand houden bij ouderen uit de algemene populatie met een verhoogd risico op dementie.
-
Minerva,Tijdschrift voor Evidence Based Medicine: Effect van fysieke training op depressieve symptomen bij chronisch zieke patiënten (2013).
-
Klinische vraag: Hoe groot is het effect van fysieke training in vergelijking met geen training op depressieve symptomen bij chronisch zieke patiënten en welke elementen beïnvloeden de effectgrootte?
-
Besluit: Dit is een meta-analyse van goede methodologische kwaliteit, maar gebaseerd op zeer veel kleine studies waarvan de kwaliteit niet goed is omschreven. Ze toont aan dat bij chronische zieke patiënten met lichte tot matige depressieve stoornis fysieke training een geringe verbetering teweegbrengt (waarvan het klinische belang niet is vastgelegd).
-
Minerva,Tijdschrift voor Evidence Based Medicine: Welke vorm van fysieke training is geschikt voor ouderen? (2013).
-
Klinische vraag: Wat is het effect van krachttraining met snelle bewegingen versus conventionele weerstandtraining met trage bewegingen op functionele uitkomstmaten bij zestigplussers?
-
Besluit: Deze systematische review met meta-analyse includeert kleine studies met talrijke methodologische beperkingen en kan geen klinisch relevante meerwaarde aantonen van krachttraining versus conventionele weerstandtraining op het vlak van verandering in functionele capaciteiten bij niet-fragiele zestigplussers.
-
Zie het tv programma ‘Goede morgen Nederland' waar minister Schippers te gast is (03-11-2015). Roos Moggré praat met haar over patiënten die, na uit het ziekenhuis te zijn ontslagen, niet meer weten hoe ze voor zichzelf moeten zorgen. Hoe kan zij er voor zorgen dat die personen de juiste hulp krijgen? (zie na minuut 10.50)
- Medisch contact:
- Kwetsbare ouderen opsporen loont (2014)
- Sterke medische zorg voor kwetsbare ouderen (2010)
- Kwetsbaar zegt meer dan oud (2011)
- ‘Kwetsbare ouderen eerder opsporen’ (2011)
- Volkskrant: Wat kan oudere doen tegen slinkende spieren? (2016)
- Conclusie: Met de juiste voeding raadt Maier van de VU ouderen aan drie keer per week een uur aan krachttraining te doen. Na drie maanden zitten ouderen zo gemiddeld op de juiste spiermassa, bleek uit een van haar onderzoeken. Maar ook hier was een stevig ontbijt onontbeerlijk: omgerekend vier boterhammen met kaas en drie eieren. Dan moet het goed komen.
- Fysioforum
- Start programma voor beter lichamelijk functioneren van ouderen: 100 fragiele ouderen in de interventiegroep krijgen 12 weken lang krachttraining onder intensieve begeleiding van een fysiotherapeut (26/05/2016)
- Kwetsbare ouderen gebaat bij therapie van geriatriefysiotherapeut (2015)
- Google scholar: kwetsbaarheid ouderen
- Huisarts en wetenschap.
- Zorgbehoeften van kwetsbare ouderen (2015). Conclusie: Vragen naar de zorgbehoeften die kwetsbare ouderen zelf ervaren – aan de hand van een relatief korte vragenlijst – is een goede manier om onvervulde zorgbehoeften in de huisartsenpraktijk op het spoor te komen. De meeste behoeften die onze respondenten rapporteerden, betroffen het fysieke domein en de omgeving, maar zij ontvingen voor die behoeften meestal wel voldoende hulp. Psychosociale behoeften kwamen minder frequent voor, maar werden vaker als onvervuld aangeduid. Meer aandacht voor de psychosociale behoeften van kwetsbare ouderen lijkt wenselijk.
- Strategieën in preventieve zorg voor ouderen (2015). Conclusie: Naarmate de vitaliteit van ouderen afneemt en hun kwetsbaarheid toeneemt, verschuift het doel van preventie naar het behoud van zelfredzaamheid en welzijn. Er is geen gouden standaard om de oudere bevolking in te delen naar kwetsbaarheid. Huisartsen hebben wel een gezamenlijk medisch concept van kwetsbaarheid, waarin zij somatische en psychologische kenmerken van hun oudere patiënten laten meewegen. Er is geen bewijs of consensus dat het zinvol zou zijn de groep kwetsbare ouderen te gaan screenen op allerhande factoren (met uitzondering van onvoldoende fysieke activiteit). Collectieve screening lijkt dan ook niet het juiste middel om de zelfredzaamheid van kwetsbare ouderen te vergroten. Aangezien de meeste kwetsbare ouderen vanwege hun chronische ziekte(n) al reguliere zorg zullen ontvangen, lijkt het verbeteren van de individuele zorg meer winst te kunnen opleveren. Zolang huisartsen geen andere goede instrumenten ter beschikking staan om kwetsbare ouderen in hun praktijk te selecteren, kunnen ze zich het best baseren op hun eigen inschatting.
Als huisartsen denken aan de preventie van ziekten bij ouderen, hebben zij vooral de nationale programma’s voor kankerscreening en vaccinatie voor ogen, en daarnaast cardiovasculair risicomanagement. Dat laatste blijft tot op hoge leeftijd mogelijk, ook al zijn de traditionele risicofactoren niet meer bruikbaar. In de groep oudste ouderen hebben degenen met een ernstige cardiovasculaire voorgeschiedenis het hoogste risico op een nieuw cardiovasculair incident. Voor huisartsen die hun beleid op het gebied van secundaire cardiovasculaire preventie willen intensiveren, is het meewegen van de ernst van de cardiovasculaire voorgeschiedenis dus een eenvoudige methode om de groep met het hoogste risico op een nieuwe cardiovasculaire ziekte te selecteren. In deze groep valt de meeste winst te behalen met preventieve medicamenteuze behandeling. Voor de groep kwetsbare ouderen is verder onderzoek noodzakelijk naar het verbeteren van de individuele zorg om zelfredzaamheid te behouden.
- RadboudUMC:
- Effect van nieuwe fysiotherapiebehandeling onderzocht in de praktijk
- Fysiotherapie voor kwetsbare ouderen kan beter en goedkoper
- Zorg en Z: Samen beslissen: Vraag wat iemand gelukkig maakt (2018)
- Acht maanden langer thuis danzij inzet specialist ouderengeneeskunde (2018)
- Aging and exercise: Perceptions of the active lived-body (2016)
- Laat ouderen dagelijks hijgen van inspanning (2017)
- Strength Training For Older Populations (2018)
- Door gebrekkige samenwerking kwetsbare oudere laat in beeld (2018)
- CME online,
- Gedrag en bewegen bij ouderen met dementie, drs. M. van Gennep. Drs. Martin van Gennep is bij Avans Hogeschool te Breda hogeschooldocent aan de Academie voor Gezondheidzorg en daarnaast is hij lid van het lectoraat Active Ageing, dat onderzoek doet naar de beleving, praktijk en ervaring van ouderen en hen probeert te verleiden een gezondere leefstijl aan te nemen. Van Gennep doet onderzoek naar de invloed van fysieke en cognitieve training op de cognitie van ouderen met een lichte vorm van dementie. Naast zijn werk voor Avans was hij tot 1 januari dit jaar meer dan 26 jaar geriatriefysiotherapeut bij Thebe-Breda.
- Innovatieve technologie en gezond ouder worden, prof. dr. M.M.R. Vollenbroek-Hutten
- Lichaamsgewicht en gezond ouder worden, prof. dr. ir. M. Visser
- Meetinstrumenten
- Mini-mental state examination (MMSE)
- Geriatrische Depressie Schaal (GDS)
- Delirium Observatie Schaal (DOS)
- SNAQ 65 plus
- Performance- Oriented Mobility Assessment (POMA) volgens Tinetti
- Timed chair stand test
- Alles over sporten:
- Beweeggedrag van kwetsbare ouderen: meetinstrumenten op een rij
- Meetinstrumenten bij ouderen
- Project get lab
- Active aging
- Website van het Longfonds, video's: 'motivational interviewing'. Is hier beschreven voor COPD, maar kan toegepast worden voor alle klachtenbeelden waar gedragsverandering van belang is voor herstel. Motivational Interviewing (of motiverende gesprekstechnieken) is een gespreksmethode om tot gedragsverandering te komen. Vaak willen mensen met een (chronische) klacht wel iets veranderen, bijvoorbeeld hun voeding of beweegpatroon, maar lukt het niet. Met 'motivational interviewing' verandert de cliënt zijn gedrag zelf, vanuit de eigen motivatie, en niet vanuit een oplossing die door de zorgverlener wordt opgelegd. U geeft de cliënt meer verantwoordelijkheid over de eigen keuzes (= zelfmanagement).
-
-
-
-
-
-
-
- Video, 2013: Hoe worden we zo gezond mogelijk oud?
-
Video: Dementie vertragen door bewegen, 27-01-2015, door UMCG Multimedia en Helma Erkelens
- Nieuwe handreiking kwetsbare ouderen thuis // 12/06/2019
- TNO-rapport: Functionele Training Ouderen (2008)
- Stichting PDL
- Beweging in de ouderenzorg
- Passiviteiten van het Dagelijks Leven (PDL)
- Krachttraining bij ouderen
- Webinar: Kwetsbaarheid bij ouderen (2020)
- De oudere patient, animatie
- Geriatriefysio: Kwetsbaarheid