Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welkeinformatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding met formule insuline, wat o.a verstoord is bij het metabool syndroom
Andere benaming: insulineresistentiesyndroom of stofwisselingssyndroom of syndroom X
Er is sprake van het metabool syndroom als je een grote buikomtrek hebt (een taille is bij vrouwen te groot als het meer is dan 80 centimeter, bij mannen is de grens 94 centimeter), en daarnaast twee of meer van de volgende klachten
Te veel bloedvetten: het triglyceridengehalte is verhoogd, zie 'overgewicht' op deze site
Te hoog LDL-cholesterol (het ‘slechte’ cholesterol), zie 'hoog cholesterol' op deze site
Verhoogde nuchtere bloedsuikerspiegel of diabetes type 2, zie 'diabetes type 2' op deze site
Zie google afbeeldingen: vetweefsel. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Het metabool syndroom geeft een verhoogd risico op hart- en vaatziekten.
Een combinatie van duur- en krachttraining heeft het beste effect bij het metaboolsyndroom
Advies: minstens 3 maal per week trainen
Krachttraining heeft bij het merendeel van de mensen met het metabool syndroom een aanvullende waarde.
Krachttraining kan een goed alternatief zijn voor wie duurtraining problemen oplevert (bij zeer ernstig overgewicht, vaatklachten benen, voetproblemen, amputaties, balans- en evenwichtsproblemen).
Bij langer bestaande klachten: accent leggen op spierversterking en korte intensieve duurtraining/ intervaltraining.
Mensen met een metaboolsyndroom die regelmatig trainen hebben
Een verbeterde insulinegevoeligheid (houd 48 uur aan) waardoor je met minder toekan
Verbeterd profiel vetsoffen in bloed
Verlaging van de bloeddruk (direct effect maximaal 8 mmHg verlaging)
Toename van energieverbruik
Verbetering van cardiovasculaire conditie
Toegenomen kracht en souplesse
Verbetering algemeen welbevinden
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Te weinig beweging
Ongezond eten: te veel lichaamsvet
Verstoord dag- en nachtritme
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Een grote buikomtrek
Bij vrouwen te groot als het meer is dan 80 centimeter
Bij mannen is de grens 94 centimeter, en da
Hoge bloeddruk, ongeacht of je er al voor wordt behandeld
Te veel bloedvetten: het triglyceridengehalte is verhoogd
Te hoog LDL-cholesterol (het ‘slechte’ cholesterol)
Verhoogde nuchtere bloedsuikerspiegel of diabetes type 2
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder
Begeleiden,stimuleren en coachen zodat cliënt activiteiten gaat ondernemen. Zie aanvullende informatie 2.3
Eventuele begeleiding door fysiotherapeut (voor patiënten die het niet lukt zelfstandig een actieve leefstijl te ontwikkelen en/of te onderhouden) afstemmen op wensen patient:
Wil patient na de begeleiding naar een fitnessclub: berweegprogramma laten plaatsvinden in fitnessruimte fysiotherapiepraktijk, zodat hij/zij bekend raakt met fitnessapparaten. Zie ook video 'Jeroen Bosch ziekenhuis' met impressie tav fysiofitness en zie onder afbeelding uit video.
Wil patient oefeningen en activiteiten zelf thuis oppakken: oefeningen en activiteiten doornemen die patient zelf kan doen (algemene oefeningen en oefeningen met elastische band/ gewichtjes)
Wil patient in groep of individueel begeleid worden
Huisarts
Controle
Doorverwijzen: Zie onder
Huisartsondersteuner: uitleg, begeleiden en coachen
Diëtist(e): begeleiden bij afvallen en samenstellen voeding per dag.
Specialist/ internist, cardioloog, vaatspecialist: begeleiden complicaties door een 'metabool syndroom'
Revalidatiecentrum: begeleiding door revalidatiearts, psycholoog, fysiotherapeut e.a. als klachten t.g.v. een ‘metabool syndroom’ het dagelijkse leven gaan bepalen (sociaal/ mentaal/ fysiek).
Mentale begeleiding als door een ‘metabool syndroom’ spanningen/ stress ontstaat
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
De eMate app kan mensen helpen met een 'metabool syndroom gezonder te eten, meer te bewegen en eventueel hun medicijninname bij te houden.
Voldoende bewegen: Voor mensen met het metabool syndroom is het belangrijk om te bewegen. Bewegen verbetert de conditie, helpt het cholesterolgehalte en de bloeddruk te verlagen en draagt bij aan een goed lichaamsgewicht (zie ook 'blijf fit door het doen van dagelijkse dingen'). Hou bij hoeveel u beweegt per week (met fitmeter) en bespreek dit met de fysiotherapeut, zie onder afbeelding van 'bol.com' bij 'fitmeter'.
Bespreek samen met de fysiotherapeut welke sport/ activiteit voor u geschikt is: duurtraining (wandelen, fietsen, zwemmen) en/of intervaltraining (bijvoorbeeld inspanningsblokjes van 5 minuten) en/of krachttraining. Zie ook video's op website 'physiotec', Aquatherapie.
Inzicht in het metabool syndroom: Zorg dat u goed geïnformeerd bent over deze klacht. Door bewust te zijn van uw lichaam en de noodzaak van sommige (gedrags) veranderingen, ontstaat een goede motivatie om er wat aan te doen.
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Punten die van belang zijn bij diabetes.
De fysiotherapeut, in samenwerking met de huisarts en/of huisarts ondersteuner en/of diabetes verpleegkundige (......) bepalen welk programma voor u geschikt is (!!)
Een combinatie van duur- en krachttraining heeft een bloedsuiker verlagend effect.
Training combineren met energie beperkend dieet (bespreken met dietist)
Bij een een beweegprogramma rekening houden met hoe lang de patiënt met DM II bekend is, de leeftijd van de patiënt, of er sprake is van (fors) overgewicht en in hoeverre rekening gehouden moet worden met comorbiditeit (aanwezigheid van andere klachten).
Advies: minstens 3 maal (verdeeld over de week) per week trainen, want regelmatige inspanning leidt tot structurele verbetering van de insulinegevoeligheid.
Krachttraining en/of korte intensieve duurtraining/ intervaltraining kan een goed alternatief zijn voor diabetespatiënten voor wie duurtraining problemen oplevert (bij ernstig overgewicht, vaatklachten benen, voetproblemen, amputaties, balans- en evenwichtsproblemen, langer bestaande diabetes, hartproblemen).
Duurtraining: verbeteren van het aeroob uithoudingsvermogen: Rond dit punt train je het vermogen van je lichaam om zuurstof naar je spieren te transporteren. Je traint je hart en longen waardoor je uithoudingsvermogen beter wordt. De trainingen (rond 60 tot 80 procent van je maximale hartslag, afhankelijk van je getraindheid) voelen over het algemeen vrij comfortabel aan. Je kan altijd de babbeltest gebruiken als 'parameter'. Kan je niet meer vlot babbelen tijdens het lopen, dan ga je te snel.
Beginnen met ongeveer 50%-60% van de maximale inspanning: duur en intensiteit in ongeveer 4 maanden rustig opbouwen (blessures voorkomen!!). (zie Karvonen index)
Aan de hand van het type activiteit met behulp van de MET-lijsten ( zie website 'allesover sporten': MET, Metabolic Equivalent of Task waarde)uitleggen hoeveel minuten per week dergelijke activiteiten zouden moeten worden beoefend om tot een duurzame gezondheidswinst te komen.
Kracht- en stabiliteitsoefeningen
7-10 oefeningen en per oefening een set van 8-10 herhalingen.
Intensiteit per oefening (zwaarte) bepalen met 1 RM calculator
Uitbreiden naar 3 sets van 8-10 herhalingen per oefening
Intervaltraining
Activiteit, bv wandelen, afwisselen met 20 seconden sneller wandelen
20 seconden maximaal en 90 seconden herstellen: 3 maal uitvoeren
De effecten van dagelijkse trainingen van een half uur zijn hetzelfde als langere trainingen (van een uur) om de dag. (zie aanvullende informatie: 2.7.6)
Website van het Longfonds, video's:'motivational interviewing'. Is hier beschreven voor COPD, maar kan toegepast worden voor alle klachtenbeelden waar gedragsverandering van belang is voor herstel. Motivational Interviewing (of motiverende gesprekstechnieken) is een gespreksmethode om tot gedragsverandering te komen. Vaak willen mensen met een (chronische) klacht wel iets veranderen, bijvoorbeeld hun voeding of beweegpatroon, maar lukt het niet. Met 'motivational interviewing' verandert de cliënt zijn gedrag zelf, vanuit de eigen motivatie, en niet vanuit een oplossing die door de zorgverlener wordt opgelegd. U geeft de cliënt meer verantwoordelijkheid over de eigen keuzes (= zelfmanagement).
Voor een mogelijk trainingsprogramma, zie 'bewegen, sporten en trainen' op deze site en kijk bij 'mogelijk trainingsprogramma voor conditieverbetering'.